[Liedboek van Anna de Tenniers] (Hs 62). [Brabant?], ca. 1575-1625.
Een bundel met 65 geestelijke liederen, genoteerd aan het einde van de 16de en het begin van de 17de eeuw. Veel daarvan zijn genoteerd door Anna de Tenniers. Elf daarvan zijn door haar ondertekend. Jammer genoeg weten we verder niets over haar, behalve dan dat ze waarschijnlijk uit Brabant afkomstig is. Aan het einde van de bundel staan diverse liederen die, vermoedelijk deels in de zeventiende eeuw, door anderen aan de bundel zijn toegevoegd. Hier lezen we de namen van Margriete Melis en Wijvine Pieters, misschien bekenden van Anna. Halverwege de bundel staat een gedicht ‘Totten goetwilligen sangher’ dat uitlegt hoe de liederen gebruikt kunnen worden. Liederen, zo staat er, kunnen gelezen worden, vooral door geestelijke maagden, en zijn dus niet alleen bedoeld om te zingen. En er staat ook dat ze gemaakt zijn voor geestelijk maagden: ‘voor die gheestelijcke machden eerbaer.’ Zo’n veertig liederen zijn ook bekend uit andere verzamelingen. Daaronder zijn middeleeuwse devotieliederen te vinden en ook contra-reformatorische en mystieke liedjes. In 1797 was het handschrift in bezit van een onbekende eigenaar in Tilburg.